DE PRAKTIJK VAN DANA
Een van de eerste dingen die de Boeddha vaak leerde aan zijn volgelingen, was de beoefening van Dāna, of vrijgevigheid. Wanneer we vrij vanuit het hart geven, ervaren we een natuurlijk gevoel van vreugde, verbinding en behoren. Wanneer deze ervaring bewust wordt herkend en bevorderd, vormt ze de basis voor het hele pad naar bevrijding – het grootste geluk waar de Boeddhistische psychologie het over heeft.
De praktijk van vrijgevigheid is verweven in de structuur van traditionele boeddhistische samenlevingen, waar de leken- en monastieke gemeenschappen al millennia lang van elkaar afhankelijk zijn. Monniken en nonnen bieden spirituele begeleiding aan de lekengemeenschappen, die op hun beurt materiële ondersteuning bieden op het gebied van voedsel, medicijnen, kleding en onderdak.
Uitgangspunt daarbij is dat de boeddhistische leer (de Dhamma) onbetaalbaar is en iedere vorm van materiële waarde overstijgt. Daarom wordt ze al gratis aangeboden sinds de tijd van de Boeddha.
Duizenden jaren lang werd de Dhamma bewaard en voornamelijk onderwezen door monniken. Tegenwoordig wordt de leer in het Westen ook aangeboden door een groeiende groep van zogenoemde leken-leraren.
LEKEN-LERAREN
Leken-leraren en kloosters vullen elkaar aan om in verschillende behoeften uit de samenleving te voorzien. Kloosters bieden een alternatieve levensstijl van verzaking, modelleren een gezonde terugtrekking uit de sociale arena en houden de belangrijkste aspecten van de boeddhistische leer en cultuur levend. Leken-leraren staan vaak meer in contact met de druk en de uitdagingen van de samenleving zoals de meeste mensen die kennen. Ze kunnen daarom de boeddhistische psychologie aanbieden op manieren die de unieke uitdagingen van het moderne leven aanpakken. Dit alles heeft gezorgd voor een grotere toegankelijkheid van de vaak zeer krachtige en transformerende boeddhistische oefeningen en leringen.
Onze materialistische cultuur en de vercommercialisering van spiritualiteit vormen een extra uitdaging als het gaat om het vreugdevolle en verbindende aspect van Dāna. Het geven van Dāna aan leken-leraren kan dan al snel worden gezien als ‘voor wat, hoort wat’ of uitsluitend nog als een financiële transactie. Zo’n blik zou een trieste beperking zijn van een rijke traditie, die veel meer gaat over leven met een warm, dankbaar en vrijgevig hart, dan over geld geven. De beoefening van Dāna nodigt ons uit een relatie van wederkerigheid, zorg en vreugdevolle verbinding aan te gaan.
MEER DAN GELD ALLEEN
Een financiële donatie is slechts één manier om wederkerigheid, zorg en verbinding uit te drukken. Over andere vormen van Dāna kun je mij altijd mailen. Gebruikelijk en zeer welkom zijn bijvoorbeeld ondersteuning in de vorm van het uittypen van audio bestanden, administratieve taken, online onderzoek, marketing en communicatie en andere taken zoals het onderhouden van de website en het voorbereiden van lesmateriaal, flyers etc.